Zij liep niet. Zij zweefde.
Zelfs de Tijd liet haar passeren.
Wanneer zij sprak, zwegen de goden.
In die tijd was ik nog jong.
En zij nog jonger.
Waarom ik aan haar dacht?
Vermoedelijk door de geur van haar parfum,
nu gedragen door de onrustige jongedame
achter mij in de bus.
Waarom zij onrustig was?
Ach, ik ben niet zo nieuwsgierig aangelegd
maar als u het weten wilt
staat het u vrij het haar zelf te vragen:
Elke morgen om kwart over acht
zit zij in lijn acht.
Net als ik.
=============================
Meer lezen? Mijn verhalenbundels