Bij thuiskomst vond hij een briefje waarin hij werd uitgenodigd bij haar langs te gaan.
Hij wilde net aanbellen toen de deur openging. Met bonzend hart duwde hij de deur verder open en trad binnen.
De woonkamer bleek verlicht met uitsluitend kaarsen die in een kring op de grond waren opgesteld. In het midden daarvan zat een meisje van begin 30. Gehuld in een aan een grijns grenzende glimlach en een nieuw néglige.
Het kledingstuk was weinig verhullend en hij werd overspoeld met warme gevoelens.
Terwijl hij langzaam op haar afliep bleef zij hem lief glimlachend aankijken.
Zij wisselden geen woorden. Die waren niet nodig.
Zij maakten geen tijd voor het diner.